Twee uurtarieven
Als u gebruik maakt van kinderopvang zijn er twee uurtarieven belangrijk om te berekenen hoeveel u uiteindelijk netto per maand betaalt. Hoe deze jaarlijks worden aangepast verschilt. Hieronder leggen we u uit waarom hier verschil in is.
• Uurtarief kinderopvangtoeslag (belastingdienst)
• Uurtarief kinderopvangorganisatie
Uurtarief kinderopvangtoeslag
De Rijksoverheid verhoogt jaarlijks het uurtarief kinderopvangtoeslag volgens een vaste methode. Het verhogingspercentage van het uurtarief is gebaseerd op 80 % stijging gemiddelde loonkosten in Nederland en 20 % inflatie. Die cijfers worden ver voor het begin van het jaar bepaald, dus in maart 2023 voor de tarieven van 2024. Men maakt hiervoor gebruik van taxaties van het CPB.
Voor de coronacrisis waren de taxaties redelijk accuraat, maar sinds de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne is dat niet langer het geval. De taxaties waarop de Rijksoverheid de uurtarieven voor kinderopvangtoeslag heeft gebaseerd, lopen nu aanzienlijk achter op de werkelijkheid.
De kostenverhogingen voor de kinderopvangtoeslag in 2022 zijn opgenomen in de uurtariefstijgingen voor 2022, 2023 en 2024. De Rijksoverheid verhoogt dus de kosten deels 1 tot 2 jaar NA afloop van het betreffende jaar.
In 2024 heeft het kabinet de maximum uurtarieven extra verhoogd naar wat er gemiddeld in Nederland betaald wordt. Er heeft dus een inhaalslag plaats gevonden
Uurtarief kinderopvangorganisatie
Terwijl de Rijksoverheid uitgaat van de gemiddelde loonkosten in Nederland hebben de kinderopvangorganisaties te maken met een loonkostenstijging volgens de CAO Kinderopvang. Die wijkt dus af van het % wat de Rijksoverheid gebruikt.
Ook wordt er door de Rijksoverheid geen rekening gehouden met allerlei andere kosten die kinderopvangorganisaties moeten maken om kinderopvang te bieden. Deels vanuit wetgeving, deels vanuit personeelstekort. Te denken valt hierbij aan:
• hogere kosten door inzet freelancers / uitzendkrachten
• hogere kosten voor werving en opleiding personeel
• hogere kosten door een hoger ziekteverzuim sinds corona
Kinderopvangorganisaties krijgen daarbij geen compensaties voor gestegen energielasten. Deze zijn vaak verdubbeld voor de organisaties.
Verschillen in berekening
Er zijn dus veel verschillen in de indexering van de 2 uurtarieven. KSH heeft altijd gestreefd de uurtarieven gelijk te laten lopen met de uurtarieven kinderopvangtoeslag, zodat de netto kosten voor “onze” ouders zo laag mogelijk zijn. Met de huidige kostenstijgingen en beleid van de Rijksoverheid bij indexatie kinderopvangtoeslag gaat dit helaas steeds verder uit elkaar lopen en hebben we dat deels in 2023 niet kunnen realiseren. In 2024 heeft het kabinet de uurtarieven voor de kinderopvangtoeslag extra verhoogd om deze gelijk te trekken aan wat er gemiddeld betaald wordt.
Verschil landelijk
Landelijk zijn er forse verschillen in de uurtarieven bij de kinderopvangorganisaties. Zo ligt het landelijk gemiddelde voor het uurtarief in 2023 bij een kinderdagverblijf op zo’n € 9,72 en bij de BSO op € 8,62. Beide fors hoger dan de uurtarieven van KSH. Als ook gekeken wordt naar de uurtarieven per regio (zoals Amsterdam en Rotterdam) zullen de gemiddelde tarieven vaak ook nog hoger zijn dan € 9,72 en € 8,62.
In 2024 zijn de meeste gebruikte uurtarieven bij KSH Kinderopvang lager dan de maximum uurtarieven kinderopvangtoeslag 2024.